Race tegen oprukkende kunstmatige intelligentie: wie beschermt ons?

Kunstmatige intelligentie ter illustratie. Foto: 123RF
Brussel liep bij online platforms jarenlang achter de feiten aan. Maar bij kunstmatige intelligentie (AI) ligt de Europese Unie juist op koers om het eerste machtsblok te worden met verregaande spelregels.
Gezichtsherkenning op straat
De EU wil bijvoorbeeld beperkingen voor gezichtsherkenning op straat om ’Chinese toestanden’ te voorkomen. In de Aziatische grootmacht registreren miljoenen camera’s het gedrag van de bevolking. Wie lak heeft aan regels verliest punten die nodig zijn om bijvoorbeeld te kunnen reizen of een baan te krijgen bij de communistische overheid.
Wat de mogelijkheden en gevaren zijn van AI weten we nog maar nauwelijks. Wat wel duidelijk is: de ontwikkelingen gaan razendsnel. De overheid dreigt aan alle kanten ingehaald te worden. Staatssecretaris Alexandra van Huffelen (Digitalisering) riep daarom deze week in Brussel andere EU-lidstaten op om nu al in te grijpen.
ChatGPT
„We kunnen al heel veel doen met de regels die al een tijdje bestaan”, aldus de D66-bewindsvrouw. „Het is bijvoorbeeld mogelijk om diensten zoals Whatsapp of Facebook kritisch te bevragen. We kunnen kijken of ze onze data voldoende beschermen en de privacyregels respecteren.”
Nederland experimenteert daarmee al volop in de praktijk. Ondertussen werkt de EU in traag tempo door aan basisregels om potentiële risico’s rond AI in te dammen. Maar nog tijdens de onderhandelingen over de al in 2021 voorgestelde AI-wet moet er worden bijgeschaafd: Brussel wordt simpelweg ingehaald door de nieuwste technologische ontwikkelingen.
Zo buigt de EU-vergadermachine zich over regels voor ChatGPT, dit is een slimme technologie waarmee razendsnel mensachtige teksten kunnen worden geproduceerd over alle denkbare onderwerpen.
„We zien dat het nodig is om voortdurend aan de bal te blijven”, geeft Van Huffelen toe. „Niet omdat we de digitale wereld willen tegenhouden. De regels zijn eigenlijk een soort keurmerk. Net als voor een pot pindakaas, die mag je ook niet zomaar op de markt brengen.”
Het Europees Parlement neemt volgende maand in Straatsburg een standpunt in over de AI-wet. Daarna volgen onderhandelingen met de lidstaten. Ten opzichte van het oorspronkelijke wetsvoorstel wil het Europarlement veel strengere regels.
Zo koerst men af op een verbod op real-time gezichtsherkenning en strenge regels voor het automatisch verzamelen van foto’s van mensen voor databases.
Opsporen vermist kind
CDA-Europarlementariër Jeroen Lenaers hoopt zijn collega’s nog op andere gedachten te brengen. „Een links-liberale meerderheid dreigt alles onmogelijk te maken. Terwijl live gezichtsherkenning nuttig kan zijn bij het opsporen van bijvoorbeeld terroristen of als je kind vermist is.”
Dit soort uitzonderingen staan wel in het oorspronkelijke voorstel van Brussel. Lenaers vindt het een probleem dat AI vooral wordt gezien als een bedreiging. „We moeten niet alles kapot regelen. Er zitten ook kansen in voor innovatie. We hebben bovendien flexibiliteit nodig. De ontwikkelingen gaan nu zo snel. We weten simpelweg niet wat er volgend jaar gaat gebeuren.”
Knappe koppen
Een ander probleem is kennis. Het bedrijfsleven aast volop op knappe koppen die AI begrijpen en kunnen ontwikkelen. Voor de overheid is het dus extra lastig om voldoende experts te vinden. „Er zijn niet zo heel veel van dit soort supergespecialiseerde mensen”, geeft staatssecretaris Van Huffelen aan. „Daarom moeten we binnen Europa zoveel mogelijk samenwerken. Het is een gevecht om talent.”
Tamar Sharon, hoogleraar filosofie, digitalisering en samenleving aan de Radboud Universiteit, vindt dat we het naast regels over een andere belangrijke vraag moeten hebben: moeten we alles met slimme technologie willen oplossen?
De professor vindt van niet: „Stap niet te snel over naar digitalisering als de oplossing voor problemen die niet per se alleen opgelost kunnen worden met technologie. We kunnen het lerarentekort ook oplossen door docenten meer te betalen.”
Sharon ziet nu al in de gezondheidszorg dat er volop werk wordt overgenomen door de computer. „Naast voordelen, brengt het risico’s met zich mee. Daar moeten we het als maatschappij eerst goed over hebben.”