„Dit is meneer Witjes, het gaat niet zo goed met hem”, zegt een verpleegster terwijl ze naar een plastic romp wijst. „Meneer Witjes moet gereanimeerd worden.” Haar collega begint de dummy in het ziekenhuisbed geroutineerd een hartmassage te geven. Dertig keer duwt ze met haar handen op het bleke kunststof, hardop houdt ze de tel bij. Op de borst van de pop zitten twee grote witte stickers die met kabels aan een defibrillator verbonden zijn. „Handen van het bed!” roept de verpleegster terwijl ze op een rode knop drukt om de pop een schok te geven. Er gebeurt niks. „In de film schieten ze dan overeind, hè?”, merkt een bezoeker wat teleurgesteld op.