'Boeken? Nee. Ik lees wel Engelse films. De ondertiteling'

Sharissa en Fatoumata (op de voorgrond) verdiept in hun boeken. Foto: Nienke Maat
,,Besef...”
De jongen in glimmend groen Adidas-trainingspak leunt achterover en kijkt zijn meester uitdagend aan. ,,Ik moet elke ochtend om half negen in de klas zitten. Weet je wel hoe moeilijk dat is?”
Meester Weinyk van basisschool cbs De Hoeksteen in de Groningse wijk Vinkhuizen knikt. Hij weet er alles van. De klas om half negen ‘s ochtend aan de gang krijgen gaat niet vanzelf. Zeker niet als ze beginnen met taal en lezen.
,,Hiervoor zijn we toch niet geboren?”, werpt een meisje tegen.
Succes voor iedereen
Aangeboren talent of niet: taal is voor iedereen belangrijk. Ook als je geen zin hebt om De keukenprins van Mocano. Reis naar het høge nøørden te lezen (het boek waar meester Weinyk vandaag mee werkt), moet je nog steeds voldoende geletterd zijn om je zelfstandig te redden in het leven. En in een wijk als Vinkhuizen is dat niet vanzelfsprekend.
,,Er zijn kinderen die nog nooit samen een boekje hebben gelezen. Als je ziet met wat voor woordenschat sommigen hier binnenkomen, dan denk ik: potverdikkie dat is jammer”, zegt directeur Henrike Janssen van De Hoeksteen.
De strijd tegen laaggeletterdheid is voor scholen in achterstandswijken het meest urgent en tegelijkertijd het zwaarst. Behalve dat meer kinderen extra hulp nodig hebben, doet het lerarentekort zich hier ook zwaarder voelen. Voor achterstandsscholen is het vaak nog moeilijker om docenten te vinden, terwijl juist deze leerlingen een vast gezicht voor de klas zo hard nodig hebben. Kinderen vragen extra aandacht, niet iedereen wil of kan dat. Janssen: ,,Ik kan niet zomaar een starter voor elke groep zetten. Daar zijn sommige klassen te uitdagend voor.”
Uit onderzoek blijkt dat 24 procent van de 15-jarigen in Nederland het basisniveau voor lezen en schrijven niet haalt. Onderwijsminister Dennis Wiersma wil in zijn ‘masterplan basisvaardigheden’ dat scholen het tij keren: ‘hierbij valt te denken aan meer onderwijstijd voor deze vaardigheden, taal niet geïsoleerd benaderen, leesstrategieën aanleren als middel en niet als doel en met rijke teksten leesmotivatie stimuleren.’
Laat dat nou precies zijn waar De Hoeksteen mee bezig is. In samenwerking met de Rijksuniversiteit Groningen gebruiken leraren hier de Amerikaanse onderwijsprogramma Success for All, waarin kinderboeken (‘rijke’ teksten in plaats van droge oefenstof) als basis dienen voor het taalonderwijs. Elke ochtend krijgen de kinderen hier anderhalf uur intensief onderwijs in taal.
,,Dat is prachtig”, zegt Janssen. ,,Maar het vraagt wel veel van de leerlingen én de leerkrachten.”
Rare klanken
De klas van meester Weinyk is ‘s ochtends niet zijn vaste groep, maar een mengeling van leerlingen die ongeveer even ver zijn met taal. Het voordeel: kinderen krijgen les op hun eigen niveau. Het nadeel: leerlingen die soms thuis uit een onrustige situatie komen starten de schooldag niet in hun meest vertrouwde omgeving.
In de hoek van het lokaal werken Aylin (10), Djaviliano (9) en Denley (11) samen aan een opdracht over De keukenprins van Mocano . Reis naar het høge nøørden. Aylin schrijft antwoorden in een werkboek, Denley en Djaviliano bladeren in het boek en zoeken betekenissen van moeilijke woorden op in Google.
,,Wat is een gevaarte?” Djaviliano zoekt in google-afbeeldingen, ziet een groot schip en zegt: ‘de bovenkant van een boot’.
Aylin noteert. Ze vindt het leuk, deze lessen. ,,Ik hou van zinnetjes maken”, zegt ze. Thuis leest ze graag voordat ze op bed gaat. De Donald Duck meestal, maar zo’n boek als dit is ook grappig.
Djaviliano schudt zijn hoofd. ,,Allemaal rare klanken”, moppert hij, doelend op de Scandinavische uitspraak uit het høge nøørden . ,,Ik hou niet van lezen”, zegt Denley. ,,Maar dit boek is wel leuk. Zitten grappige dingen in.” Hij zet zijn vinger onder een moeilijk woord. ,,Wat is een gestalte?”
Samenwerken in teams hoort bij Success for All. Zo wordt ook actief gebruik van taal gestimuleerd en het is goed voor de sociale vaardigheden van leerlingen, al gaat het niet altijd vanzelf. ,,Soms is het best wel irritant”, zegt Djaviliano.
De intensieve lessen, met werken in groepjes en klassen die door elkaar worden gehusseld, vragen veel van leerkrachten. Anderhalf uur lang taal, en dat om half negen. ,,De boeken zijn heel gevarieerd, dat is leuk, het is nooit saai”, zegt meester Weinyk. ,,De lessen duren wel wat lang voor veel leerlingen. De meeste zijn geen fan van lezen.”
Als het zo veel inzet vergt, rijst ook al snel de vraag: wat levert het op?
Keuzes maken
De resultaten van Success for All waren spectaculair in de achterstandswijken in het Amerikaanse Baltimore. Hoogleraar Onderwijswetenschappen Roel Bosker van de RUG haalde het naar Nederland. ,,Omdat best veel kinderen niet goed kunnen lezen”, vertelt RUG-onderzoeker Mariëtte Hingstman die bij De Hoeksteen is voor een overleg. ,,En omdat de kloof tussen hoogopgeleid en laagopgeleid almaar groter wordt.”
Zes scholen in Groningen startten in 2015 met Success for All. In Nederland zijn de resultaten niet zo verbluffend als in de VS. ,,We zijn voorzichtig positief”, zegt Hingstman, die in 2021 is gepromoveerd op onderzoek naar de effecten van Success for All op leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften. ,,Maar de effecten waren minder groot dan gehoopt.” Voor een deel komt dat omdat de achterstanden in een wijk als Vinkhuizen, gelukkig, niet zo groot zijn als in Baltimore waardoor er minder snel resultaat zichtbaar is.
Waarschijnlijk heeft het ook te maken met hoe goed leerkrachten en scholen met de methode uit de voeten kunnen. Veel wisselende leraren door personeelstekorten is bijvoorbeeld een belemmering, net als het schipperen met tijd op Nederlandse scholen die veel maatschappelijk taken op hun bord hebben. ,,Hier op De Hoeksteen krijgen kinderen 90 minuten per dag taal-leesles. Dat is ook nodig. Maar je ziet vaak dat het toch wordt ingeperkt tot een uur.”
Scholen moeten keuzes maken. ,,Bij ons krijgen ze twee keer per week gym, dat is ook belangrijk”, zegt Janssen. ,,De rekencoördinator is soms best jaloers op die taallessen in de ochtend. En je gunt kinderen ook hun creatieve vakken: knutselen, tekenen, muziek.”
Een deel van de Groningse scholen is inmiddels gestopt met Success for All, vooral omdat het programma zo veelomvattend en intensief is. Cbs De Hoeksteen en obs De Ploeg zijn doorgegaan. Hingstman: ,,Nu staan we op een kruispunt. Eerder ontvangen subsidies voor het totaalprogramma Success for All stoppen na dit schooljaar, waardoor we scholen geen begeleiding meer kunnen bieden.”
De RUG kiest ervoor om vooral in te zetten op een deelprogramma van Success for All: de BliksemBende, specifiek voor leerlingen die achterlopen. ,,Daar verwachten we de meeste effecten van, en het vraagt minder van scholen”, zegt Hingstman. Samen met Esther Baas is ze op De Hoeksteen om de BliksemBende te introduceren.
Vastbijten en doorzetten
Baas heeft zelf 23 jaar voor de klas gestaan. Ze maakt zich zorgen over de kloof tussen hoog- en laagopgeleid, die ze als leerkracht in de praktijk heeft gezien. ,,Ik heb lang in Oost-Groningen gewerkt, in een taalarme omgeving. Daarna kwam ik terecht op een school in Haren, daar kwamen sommige leerlingen van 4 jaar lezend binnen. Die kansenongelijkheid is echt schokkend. Wat maakt dat een verschil! Je omgeving is zo bepalend.”
Het enige voordeel van corona, zeggen Baas en Hingstman, is dat er meer aandacht is voor onderwijsachterstanden. De staatssecretaris trekt er geld en tijd voor uit. Hard nodig, want die achterstanden zijn door de lockdowns toegenomen.
,,Soms komen kinderen van 4 jaar hier meer als eenpeuter binnen”, zegt Henrike Janssen. ,,Ze zitten nog in een buggy, duim in de mond. Ze zijn tijdens corona misschien zoet gehouden met schermpjes. Dat is ook armoede. Het gaat niet alleen over geld.” Sommige ouders hebben niet de tijd of de ruimte voor hun peuter. Anderen missen de vaardigheden.
Hoe het thuis gaat heeft invloed op prestaties en gedrag op school. ,,Je merkt dat een deel van de kinderen al met een gevuld hoofd binnenkomt, te laat is, een korte spanningsboog heeft, snel moe is.” Dat heeft allemaal invloed op het leren. ,,Om langere teksten te lezen moet je je vastbijten, doorzetten. Dat zijn ze niet allemaal gewend. Moet ik echt dat héle boek lezen, zeggen ze dan. Ja dus.”
Engelse films
‘Ben jij een kartonnen doos?’
In de klas van meester Christiaan lezen Sharissa (12) en Fatoumata (10) een quiz van Andy uit de populaire boekenreeks De Waanzinnige Boomhut . Vraag: als je gedoucht hebt, ben je dan helemaal sappig en blijf je aan de tegels plakken? Zo ja, dan zou je wel eens een kartonnen doos kunnen zijn.
De meiden analyseren de melige teksten bloedserieus en beantwoorden in strakke samenwerking de vragen in hun werkboek. Fatoumata spelt het woord ‘multiplechoicequiz’. Sharissa schrijft op. De meiden vinden deze lessen wel leuk, zeggen ze, al zijn ze ‘s ochtends vaak moe.
,,Ik moet écht nog wakker worden”, zegt Sharissa. Boeken lezen doet ze buiten school eigenlijk nooit. ,,Ik lees wel Engelse films. De ondertiteling.”
Vanaf groep 7 wordt het ‘erger’, zegt klasgenootje Ines (11). ,,Dan moet je steeds meer bladzijden lezen. Gelukkig heeft dit boek veel plaatjes. En het is grappig. Met die kartonnen doos en zo.”
Wordt in andere onderwijsmethoden met losstaande, droge teksten geoefend, hier komt het materiaal voor de opgaven uit de jeugdliteratuur. Rijke teksten, die kinderen ook het plezier in lezen moeten aanleren, niet alleen de techniek. De gedachte is mooi, en het is precies wat de staatssecretaris wil, maar makkelijk is anders.
Onderzoek nodig
De Hoeksteen gelooft erin. Komende maanden start hier alvast een eerste proef met de BliksemBende, ‘tutoring’ (bijles) voor leerlingen met achterstanden van Success for All. Volgend schooljaar doet de RUG een groot onderzoek op meerdere scholen naar de effectiviteit van BliksemBende. Een begeleider kan zo meerdere leerlingen tegelijk helpen. En dat is met het tekort aan tijd en personeel aantrekkelijk voor scholen.
Hingstman: ,,Het enige tutoring-programma voor leesbevordering waarvan de effectiviteit echt is bewezen is Bouw. Dat is 1 op 1 begeleiding. Heel goed, maar voor scholen ook moeilijk te organiseren. Gemiddeld heeft 20 procent van de leerlingen extra ondersteuning nodig bij lezen, en in dit soort wijken ligt dat percentage hoger. Dan is het een uitkomst als je zes kinderen tegelijk kunt helpen.”
Hoe effectief BliksemBende is, moet volgend jaar blijken. Hingstman is blij dat ze dit onderzoek met steun uit het ‘masterplan’ van Wiersma kan doen. ,,Onderzoek is echt nodig.” Oftewel: we bedenken van alles om de leesvaardigheid van kinderen te verbeteren, maar weinig van wat we doen is wetenschappelijk getoetst.
Stuntelen
In de klas van juf Jasmijn zijn de jongere kinderen van 8, 9 jaar op zoek naar de betekenis van het woord ‘stuntelen’. Na taaie woorden als ‘gretig’ en ‘bedenkelijk’ lijkt dit een makkelijke. Enthousiast steken leerlingen hun vinger op.
De jongen die de beurt krijgt weet het zeker: ,,Coole trucs doen op de motor!”
Serie ontlezing
In een 4-delige serie duikt Dagblad van het Noorden in de wereld van lezen en niet-lezen. Waarom wordt er minder gelezen? Wat zijn de oorzaken? Wat is eraan te doen?
Dit is deel 2. Vorige keer ging het over de rol van de bibliotheek. In de komende weken verschijnen nog twee afleveringen: Hoe werkt een beperkte taalvaardigheid door in het dagelijkse leven van laaggeletterden? En: Hoe krijgen leraren hun scholieren aan het lezen voor de lijst?