Ontwikkel een alternatief voor de kern van Winsum: kies voor kleine, unieke winkeltjes en versterk het historische karakter | opinie

Zomerse drukte op de bekende brug De Boog, hartje Winsum. Foto: Anjo de Haan
Al sinds de negentiger jaren koerst de gemeente Het Hogeland (voorheen Winsum) op twee grote publiekstrekkers in het kleine centrum, een in Obergum en een op het Boogplein. Dat beleid is tot op heden weinig succesvol.
De gemeente had al veel eerder moeten inzien dat de wens de vader was van de gedachte en dat ze zich op sleeptouw liet nemen door de ondernemers. Een heroriëntatie is op zijn plaats.
In 2015 verscheen in opdracht van de gemeente het rapport ‘Actualisatie Detailhandelsvisie kern Winsum’. In dat rapport wordt allereerst teruggeblikt. Wat is er terechtgekomen van de ambitie uit 2008? Weinig, zo blijkt.
Verzorgingsgebied te klein
Van een supermarkt en een Hema op het Boogplein is niets terechtgekomen. Ook een alternatief voor het lang parkeren in het centrum is niet gerealiseerd. En eigenlijk is dat niet zo gek. In het rapport wordt met zoveel woorden al geconstateerd dat een supermarkttrekker op het Boogplein niet realistisch is omdat het verzorgingsgebied te klein is. Dat geldt ook voor een Action of een Hema.
Toch moet er wel wat gebeuren in en rond het Boogplein, zo stelt het rapport. Zo wordt ook een alternatief beschreven. Het Boogplein als een echt dorpsplein met een gezellige knusse uitstraling die past in de structuur en stijl van het dorp.
Kies voor een gefaseerde ontwikkeling met kleine, unieke winkeltjes die passen bij het dna van Winsum. Versterk het historische karakter. Sluit aan op die kleinschalige historische kern aan weerszijden van De Boog. Ontwikkel dat gefaseerd en autoluw. Aldus het rapport.
Er valt wat te kiezen
Het mooie van dit rapport is dat er wat te kiezen valt. Óf, simpel gezegd, je ziet de hele kern van Winsum als een boodschappencentrum. Óf slechts het gebied rond Albert Heijn in Obergum en de historische kern inclusief Boogplein als een deel waar je graag even wilt rondlopen, een terrasje pakken, een bijzondere aankoop doen et cetera.
Het rapport constateerde ook dat „voor een grotere beleving en de ambitie voor een groter recreatief winkelaanbod een autoluw centrum nodig zou zijn”. Er was wel een probleem bij die keuze, namelijk te weinig informatie. Wie bezoekt eigenlijk het centrum, waar doen de inwoners van Winsum hun boodschappen (voor drie kwart forensen, met name naar de stad), waar komen anderen vandaan, wat zoeken ze er en wat besteden de toeristen er et cetera? Die informatie was niet voorhanden.
Als boodschappencentrum is autobereikbaarheid een vereiste. Snelheid en gemak dienen de mens. Dat zien we dan ook terug bij supermarkten als AH en Aldi. Dat idee van Winsum als een boodschappencentrum met een publiekstrekker ook op het Boogplein, en niet autoluw, is ondanks dat rapport uit 2015 het leidend idee geworden bij de ondernemers en in hun kielzog de politiek (Henk Sok in 2016: „Er is een gezamenlijke inspanning geweest van ondernemers en gemeente waarbij de ondernemers in de lead waren”). Dat was het haltermodel. En tussen beide halters, dat wel, een knus straatje. Dat bleek te veel van het goede.
Nog steeds geen publiekstrekker
Er is nog steeds geen publiekstrekker voor het Boogplein. Er is daarvoor geen interesse bij ondernemers. Winsum is daarvoor te klein. Er is ook nog steeds geen alternatief voor de auto in het centrum. Tegen beter in wordt de lobby van de ondernemers voor een grote publiekstrekker en autobereikbaarheid nog steeds gevolgd.
Kon men dit weten? Ja, zie het rapport uit 2015. En ondertussen kan men ook weten dat Winsum als beschermd dorpsgezicht met het label ‘Mooiste dorp van Nederland’ het wierdedorp een flinke boost heeft gegeven.
Het wordt zo langzamerhand tijd om echte conclusies te trekken en een alternatief te ontwikkelen voor de kern van Winsum.
Douwe Staal is adviseur ruimtelijke ontwikkeling en inwoner van Winsum