Meer maatwerk en langetermijnplanning nodig mij overerfbare armoede

Dorp in de Veenkoloniën. Foto: Provincie Groningen

Dorp in de Veenkoloniën. Foto: Provincie Groningen

In de Drents-Groningse Veenkoloniën leven 14.000 gezinnen in armoede, vaak van generatie op generatie.

Onderzoekers van de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) deden vijf jaar lang onderzoek naar het ontstaan en voortduren van armoede door generaties heen. Uit het onderzoek blijkt dat maatwerk en langetermijnplanning nodig zijn om overerfbare armoede in de Veenkoloniën te doorbreken. Het onderzoek is uitgevoerd in opdracht van de provincies Drenthe en Groningen, in nauwe samenwerking met de Alliantie van Kracht: een netwerk dat samen met de bewoners uit het veenkoloniale gebied werkt aan het doorbreken van overerfbare armoede.

Meerdere generaties

In het onderzoek zijn verschillende generaties uit 23 families geïnterviewd. Hieruit blijkt dat er niet één vorm van overerfbare armoede is. Dé arme bestaat niet en er is niet één oplossing die voor iedereen werkt. Hiervoor is maatwerk mogelijk. Er is verschil tussen dat wat iemand die in armoede leeft nodig heeft en wat er geboden wordt aan hulp. Uit het onderzoek blijkt dat families in armoede hun eigen situatie en mogelijkheden vaak anders inschatten dan de hulpverleners. Volgens de onderzoekers is het belangrijk om de mens of het gezin in armoede centraal te stellen en te werken aan langdurige relaties, onderlinge samenwerking en continuïteit in ondersteuning en hulpverlening. Het beleid, de regels en voorzieningen moeten daarom meer op het perspectief van het gezin aansluiten.

Alliantie van Kracht

De Alliantie van Kracht werkt samen met 42 partners gezamenlijk aan een armoedeprogramma van 20 jaar. Zij proberen samen bestaande structuren te versterken en doen experimenten in wijken, dorpen en buurten.

De redactie van Dagblad van het Noorden is niet verantwoordelijk voor de inhoud van dit artikel.